ALBERT

All Library Books, journals and Electronic Records Telegrafenberg

feed icon rss

Your email was sent successfully. Check your inbox.

An error occurred while sending the email. Please try again.

Proceed reservation?

Export
  • 1
    Publication Date: 2007-10-08
    Description: Records of organic matter accumulation, organic carbon isotopic composition and iron content covering the last 1.7 Ma are presented for the Congo Fan Ocean Drilling Program (ODP) Site 1075, and are compared with their counterparts from ODP Site 663 in the equatorial upwelling region. They are discussed with regard to variations in African precipitation and Congo River discharge and in the context of changes in trade-wind-driven marine productivity for the tropical Atlantic at periodicities typical of Milankovitch forcing. On the Congo Fan, elevated total organic carbon mass accumulation rates (TOC MAR) and Fe intensities occur predominantly during interglacial periods when the African monsoon was most intense. Band-pass filtering applied to TOC MAR shows distinct precessional variations, indicating that the African climate was largely controlled by low-latitude insolation changes. Only for the last 0.6 Ma, an interval of enhanced glacial-interglacial climate changes, is the precessional TOC MAR signal superimposed by a strong 100 ka oscillation. In contrast, variations in terrestrial iron input to the Congo Fan indicate pronounced 100 ka variance already well before global glacial-interglacial cycles increased in amplitude between 0.9 and 0.6 Ma. Obliquity cycles in the Fe signal are strongly expressed for the last 0.9 Ma. The highest amplitudes in the precessional variance of fluvial Fe input occur when amplitudes in the 100 ka oscillation were at intermediate levels and reveal a 800 ka cycle in phase shift with respect to precessional forcing. Together with a pronounced 800 ka signal in the 100 ka amplitude variations during the last 1.7 Ma, the Congo Fan iron record therefore suggests that eccentricity modulation of the low-latitude insolation directly influenced the equatorial African monsoon system and probably the weathering conditions on land. It further suggests that low-latitude precessional forcing and monsoonal response in the tropics might have played an important role for 100 ka cycles in global climate well before huge continental ice sheets existed.
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 2
    Publication Date: 1986-11-01
    Print ISSN: 0031-9155
    Electronic ISSN: 1361-6560
    Topics: Biology , Medicine , Physics
    Published by Institute of Physics
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 3
    Publication Date: 1986-02-01
    Print ISSN: 0031-9155
    Electronic ISSN: 1361-6560
    Topics: Biology , Medicine , Physics
    Published by Institute of Physics
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 4
    Publication Date: 1967-05-01
    Print ISSN: 0028-0836
    Electronic ISSN: 1476-4687
    Topics: Biology , Chemistry and Pharmacology , Medicine , Natural Sciences in General , Physics
    Published by Springer Nature
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 5
    Publication Date: 2011-08-16
    Description: Mild temperature and dehydration effects on toxicity of caffeine and dextroamphetamine in mice
    Keywords: BIOSCIENCES
    Type: ; 83 (
    Format: text
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 6
    Publication Date: 2011-08-11
    Description: Short-term starvation effect on gastric mucosa of weanling vs post-weaned rats
    Keywords: BIOSCIENCES
    Type: LIFE SCIENCES
    Format: text
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 7
    Electronic Resource
    Electronic Resource
    [s.l.] : Nature Publishing Group
    Nature 214 (1967), S. 696-697 
    ISSN: 1476-4687
    Source: Nature Archives 1869 - 2009
    Topics: Biology , Chemistry and Pharmacology , Medicine , Natural Sciences in General , Physics
    Notes: [Auszug] In 1964 a pregnant rabbit (Fig. 1,1-2), purchased from a local breeder, gave birth to seven rabbits. Among these rabbits, all three possible Ab allotypic formulae (A4+5-), A(4+5+) and A(4-5+) were found (see Fig. 1, 11-3,7,8; 11-1,2 and 11-5,10, respectively). (All rabbits involved in these ...
    Type of Medium: Electronic Resource
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 8
    Electronic Resource
    Electronic Resource
    Springer
    European journal of plant pathology 94 (1988), S. 45-47 
    ISSN: 1573-8469
    Keywords: grey bulb rot ; iris ; tulip
    Source: Springer Online Journal Archives 1860-2000
    Topics: Agriculture, Forestry, Horticulture, Fishery, Domestic Science, Nutrition
    Notes: Samenvatting Rhizoctonia tuliparum veroorzaakt kwadegrond in tulp en iris. Sclerotiën van deze schimmel kunnen in grond zeer lang levensvatbaar en pathogeen blijven. Van sclerotiën van enkele schimmels is bekend, dat ze gevoelig zijn, voor inundatie die een aantal weken duurt. Inundatie wordt in Nederland vanaf 1982 door verscheidene, bollentelers 's zomers toegepast ter bestrijding van ziekten en onkruid. Sclerotiën vanR. tuliparum werden verpakt in nylon zakjes, ingegraven in emmers met grond en 1–6 weken geïnundeerd bij 17 °C. Op verschillende tijdstippen werden geïnundeerde en niet-geïnundeerde sclerotiën hetzij ontsmet, in 2,5% formaldehyde en vervolgens uitgeplaat op moutagar met oxytetracycline, hetzij aangebracht tussen de bruine huid en de buitenste bolrok van in kleine potjes geplante tulpebollen (cv. Apeldoorn); iedere bol werd geïnoculeerd met, een sclerotium. Na twee maanden werden de planten beoordeeld op symptomen van kwadegrond. In de eerste proef, waarbij sclerotiën werden uitgeplaat op agar, bleek er uit sommige sclerotiën die 2 weken waren geïnundeerd nog mycelium te groeien, terwijl dit na, 4 weken inundatie niet meer plaatsvond. In de tweede proef kiemden de sclerotiën op agar niet meer na 2 weken inundatie, maar meer dan de helft van de geïnoculeerde tulpebollen vertoonde wel symptomen. Pas als de sclerotiën 4 weken geïnundeerd waren bleken ze zodanig geïnactiveerd te zijn, dat er geen symptomen van kwadegrond werden waargenomen. Resultaten van veldproeven moeten nog worden afgewacht.
    Type of Medium: Electronic Resource
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 9
    Electronic Resource
    Electronic Resource
    Springer
    European journal of plant pathology 78 (1972), S. 198-203 
    ISSN: 1573-8469
    Source: Springer Online Journal Archives 1860-2000
    Topics: Agriculture, Forestry, Horticulture, Fishery, Domestic Science, Nutrition
    Description / Table of Contents: Samenvatting De laatste jaren wordt in hyacinten een onbekende afwijking gevonden. In de neus van de bol bevindt zich een grotere of kleinere holte, vandaar de naam ‘holle neuzen’ (Fig. 1). De bollen zijn niet rond zoals gezonde, maar aan één zijde, naar de bolschijf toe, afgeplat. In de rokken komen op die plaats talloze, glazige vlekjes voor, waardoor het weefsel een crème-achtige kleur heeft. Ernstig beschadigde bollen hebben een krans van klisters (Fig. 1 en 2). In het veld zijn vóór de oogst al afwijkingen in de bol te vinden. Wanneer beschadigde bollen in de herfst opnieuw worden geplant, ontstaan planten met verscheidene spruiten, zgn. bosjesplanten. Het verschijnsel wordt vooral waargenomen op zeer humusarme duinzandgronden (‘spuittuinen’). De meeste klachten over ‘holle neuzen’ zijn pas de laatste jaren ontvangen, min of meer sedert het ogenblik dat het machinaal planten sterk is toegenomen. In veldproeven en een potproef werd aangetoond, dat deze afwijking een gevolg is van het door de wortels opnemen van het onkruidbestrijdingsmiddel chloorprofam (Tabel 1 en 2). Het middel kan de wortels gemakkelijk bereiken op zeer humusarme grond en ook als de bollen ondiep of onregelmatig zijn geplant, zoals het geval kan zijn bij machinaal planten. De bol komt dan vaak niet met de bolschijf naar beneden gekeerd in de grond terecht. In dat geval groeien de wortels eerst omhoog in plaats van naar beneden, waardoor de kans op een rechtstreeks contact met het gebruikte herbicide sterk toeneemt.
    Notes: Abstract A malformation in hyacinths, first observed in recent years, was found to be an effect of uptake by the roots of the herbicide chlorpropham. The risk of this malformation is even present when normal doses of this compound are used for weed killing, especially on sandy soils with very little organic matter and under conditions of shallow planting.
    Type of Medium: Electronic Resource
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
  • 10
    Electronic Resource
    Electronic Resource
    Springer
    European journal of plant pathology 86 (1980), S. 55-68 
    ISSN: 1573-8469
    Keywords: Corynebacterium fascians ; C. michiganense ; C. oortii ; C. sepedonicum ; Brodiaea laxa ; Chrysanthemum morifolium ; Euphorbia pulcherrima ; Gladiolus ; Hebe andersonii ; Kalanchoe blossfeldiana ; Lathyrus odoratus ; Lilium regale ; L. speciosum ; Pelargonium zonale ; Verbascum nigrum ; bacterial taxonomy
    Source: Springer Online Journal Archives 1860-2000
    Topics: Agriculture, Forestry, Horticulture, Fishery, Domestic Science, Nutrition
    Description / Table of Contents: Samenvatting Reeds een aantal jaren was in lelies een woekering in stengelbollen bekend, die echter sporadisch voorkwam en economisch van weinig betekenis was. Tijdens de zomer van 1977 echter trad de ziekte op één enkel perceel zo ernstig op dat zeer aanzienlijke oogstderving het gevolg was. Behalve de stengelbol kan ook de hoofdbol misvormd zijn. Bovendien kunnen misvormde stengelbollen lange spruiten vormen, zgn. sabeltandvorming. Soms is het wortelstelsel gereduceerd; in de kas zijn verdikte stengels waargenomen. De ziekte staat nu bekend onder de naam woekerziekte. Door de PD te Wageningen en het LBO te Lisse werd de bacterieCorynebacterium fascians (Tilford) Dows. uit het zieke materiaal geïsoleerd. In gezamenlijk onderzoek werd nagegaan of de bacterie de veroorzaker is van bovengenoemde symptomen en of hier sprake is van een op lelie gespecialiseerde stam. Biochemische en serologische vergelijkingen tussen isolaten vanC. fascians uit lelie,Kalanchoe, Euphorbia, Brodiaeea, Hebe enVerbascum laten zien dat er zeer weinig verschillen bestaan. Alle isolaten reageren op een standaard antiserum met titers variërend tussen 1: 640–1: 5120. Een oriënterende inoculatieproef werd uitgevoerd op het LBO in 1977. Daarna werden op de PD 10 van de 25 isolaten uit lelie en 8 uit andere waardplanten getoetst op lelie, chrysant en lathyrus. Uit de inoculatieproeven blijkt, dat de bacterie de veroorzaker is van de waargenomen symptomen. Tussen de isolaten blijkt een groot verschil in pathogeniteit te bestaan (12–100% aantasting), zonder dat dit aan herkomst gebonden is. Het voorkomen van op lelie of andere waardplanten gespecialiseerde stammen is daarom niet aan te nemen. In hoeverre de hevige aantasting een gevolg is van een opbouw van de bacterie-populatie door een te nauwe vruchtwisseling en mechanische rooimethoden moet worden nagegaan.
    Notes: Abstract Corynebacterium fascians, which causes leafy gall, has been shown to be responsible for the unusual symptoms recently found in lilies. The symptoms are described and the different bacterial isolates compared by biochemical, serological and pathogenicity experiments. No evidence could be found for the existence of specialized strains even though considerable variation in virulence could be demonstrated. Although the role of variation in susceptibility of the different lily cultivars should not be underestimated, it would appear that high inoculum levels ofC. fascians in the soil may be largely responsible for these outbreaks. Also included in this study are the results of biochemical, serological and pathogenicity experiments ofC. fascians which has been isolated fromKalanchoe, Euphorbia, Brodiaea, Hebe andVerbascum.
    Type of Medium: Electronic Resource
    Location Call Number Expected Availability
    BibTip Others were also interested in ...
Close ⊗
This website uses cookies and the analysis tool Matomo. More information can be found here...